Sterk wisselend beeld inzaai van wintergraan
Waar in veel akkerbouwgebieden de inzaai van wintergraan een heel eind op weg is, moeten in regio’s waar regen de afgelopen maanden veel invloed heeft gehad, de zaaimachines nog aan de slag. Sommige telers staan zelfs voor het besluit om de inzaai van wintergraan te laten lopen en in plaats daarvan in het voorjaar zomergraan te zaaien.
“Het is hier heel verschillend”, zegt teeltadviseur Wyncko Tonckens van Delphy over de inzaai van wintergraan in zijn werkgebied Noord-Groningen. “In het Oldambt is er veel geploegd en gezaaid, maar ook daar is niet alles klaar.” Hij schat dat in de regio tussen 40 en 50 procent van de percelen zijn ingezaaid met wintergraan.
Eerst nog rooigewassen uit de grond halen
Op de kleigrond, met name op locaties waar veel regen is gevallen, zijn er percelen waar het hoofdgewas nog moet worden geoogst. “Ik zie percelen met aardappelen, uien, bieten en wortelen. Dat moet eerste van het land, voordat er graan kan worden gezaaid.” En dan is het volgens Tonckens nog sterk afhankelijk van de grondslag. “Op de zwaardere gronden kun je nog zaaien. Maar heb te maken met lichtere slempgevoelige grond, dan is het de vraag of het lukt. Er zullen telers zijn die de najaarsinzaai voorbij laten gaan en in het voorjaar een zomergraan zaaien.”
In Zuidwest-Nederland is het allemaal wat vlotter gegaan met de inzaai van wintergraan. “Een groot deel van de tarwe is gezaaid en een groot deel staat al boven”, zegt Jeroen Willemse. Hij is collega van Tonckens voor het werkgebied Zeeland en West-Brabant. “Een deel bieten moet nog worden geoogst. Waar de structuur van de grond goed is, zal hier nog tarwe worden gezaaid.” Willemse schat dat 80 tot 90 procent van het wintergraan in zijn gebied is gezaaid. Slakken, die hij al had verwacht in het jonge gewas, heeft hij nog niet gezien. “De omstandigheden zijn blijkbaar niet zo gunstig voor deze beestjes.”
Niet alle akkerbouwers in Zuid-Limburg hebben hun wintergraan al gezaaid. “Er moeten hier nogal wat percelen met bieten worden gerooid. En die telers gaan daarna wintertarwe zaaien”, zegt teeltadviseur Sjef Crijns. Hij schat wel dat in het heuvelland 75 procent van het wintergraan is gezaaid.
Vroeg, middenvroeg of laat
De inzaaitijd van wintergerst is achter de rug. Als er op dit moment al wordt gezaaid, dan kiezen telers voor wintertarwe. “In sommige situaties is er geen wintergerst gezaaid, omdat het land nog niet vrij was”, stelt Wyncko Tonckens.
Akkerbouwers in Noordoost-Nederland die nu de komende tijd nog wintertarwe inzaaien, adviseert hij om te kiezen voor een vroeg ras. “Een laat ras dat in september of oktober kan worden ingezaaid levert natuurlijk meer opbrengst. Maar hoe later in het seizoen, hoe beter het is een vroeg ras te kiezen.” De adviseur van Delphy merkt hierbij op dat de beschikbaarheid ook nog een factor kan worden.
Ook zijn collega Paul Hooijman, adviseur voor Flevoland, meldt dat de inzaai achterloopt bij een normaal jaar. “Normaal zou hier half november 70 tot 80 procent zijn ingezaaid, nu zitten we tussen 50 en 60 procent.” Reden tot paniek is het allerminst. “we lopen wel achter, maar dat is zeker niet dramatisch”, zegt Hooijman. Hij wijst telers er wel op niet te snel te gaan zaaien, als de omgekeerde ploegvoor nat is. “Dan is wat boven ligt natter dan wat je onder hebt geploegd. Ik zeg dan: wacht een paar dagen met zaaien.” In situaties waar het dan nog niet kan, is langer wachten het devies. “In te natte grond moet je niet zaaien, want dan stikt het zaad in de grond.” De keuze voor een vroeg, middenvroeg of laat ras, daar tilt Hooijman niet zwaar aan. “Er komt heus wel tarwe van af. Maar als je toch nieuw zaad moet kopen, dan zou ik nu voor een vroeg ras gaan.”
In het zuidwesten, met andere klimatologische omstandigheden, wordt nog later in het seizoen gekozen voor een laat ras. “Pas vanaf half november kiezen telers hier voor een middenvroeg of vroeg ras”, zegt Jeroen Willemse. Twee rassen die nu erg in trek zijn volgens de adviseur zijn Residence en Porthus.
Areaalontwikkeling
De teelt van wintergranen was de afgelopen jaren onderhevig aan verschuivingen. Wintertarwe is minder in trek bij de akkerbouwers dan in het verleden. Werd er in 2010 nog 135.000 hectare wintertarwe gezaaid, dit jaar was dat 108.000 hectare. Het areaal wintergerst daarentegen was de afgelopen jaren redelijk stabiel: in 2010 werd er 20.700 hectare gezaaid, tegen dit jaar 20.900 hectare.
Dat is overigens fors meer dan rond de eeuwwisseling, want in 2000 werd er in ons land nog maar 3.600 hectare wintergerst gezaaid. “In zie voor het komende jaar geen grote veranderingen in het bouwplan”, stelt Delpy-adviseur Willemse. “Als de omstandigheden goed zijn, kiezen telers voor een wintergraan. En als dat niet lukt voor een zomergraan, maar niet direct voor andere teelte
Bron Akkerwijzer