Normaal is het streven om uien voor oktober van het land te hebben, anders neemt de kans op kwaliteitsverlies toe. Maar bij veel percelen lukte dat deze herfst niet. Halverwege oktober moesten nog duizenden hectares uien naar binnen worden gereden. Vooral in Flevoland en in Noord-Nederland lagen nog veel uien op het land. Een groot deel daarvan was toen zelfs nog niet gerooid.

Telers wachten vaak te lang met rooien voor de extra kilo’s, zegt Hein Molenkamp, gewasspecialist bij Hazera voor Noord-Nederland. „Zaadbedrijven adviseren al jaren om groenig te rooien voor een goede kwaliteit.“

Drogend weer nodig

Luc Remijn van Delphy noemt nog een reden waarom telers soms te lang wachten met rooien. Dat doen ze vanuit de gedachte dat uien die óp het land liggen makkelijker te oogsten zijn dan aardappelen die ín de grond zitten. Als het even kan, krijgt het rooien van aardappelen dan voorrang op het oogsten van uien. Maar die gedachte klopt niet, legt hij uit. „De ervaring leert dat je makkelijker aardappelen kunt rooien die in de grond zitten, dan uien laden die op het land liggen. Soms denken telers ‘Die uien krijg ik altijd wel binnen’, maar voor uien laden heb je drogend weer nodig, terwijl je al snel aardappelen kunt rooien als het niet regent.” Remijn kan zich wel voorstellen dat telers een andere keus maken voor pootaardappelen die nog in de grond zitten dan voor consumptieaardappelen.

Lees het volledige artikel in de Veldpost, Agraaf, Vee&Gewas en Stal&Akker van zaterdag 21 december