Met enkele regenachtige dagen in het vooruitzicht hebben veel uientelers in de afgelopen dagen en ook in het weekeinde nog veel werk verzet. Jaap Jonker van De Groot en Slot schat in dat zo’n 2 procent van het uienareaal nog op het land staat of ligt. Slechts her en der staan nog enkele percelen vast. Jonker vreest dat een klein deel hiervan ook niet meer wordt gerooid voor de bewaring. Hij hoopt dat deze uien wel van het land komen en niet worden ondergeploegd. „Anders vormen deze weer een besmettingsbron voor de volgende teelten.”

Watervellen en bacterie

Over de uien die recent zijn gerooid en wat langer in vochtige omstandigheden buiten liggen, maakt Jonker zich in principe geen al te grote zorgen. Wel treft hij in de bewaring met enige regelmaat watervellen en bacterie aan in de uien. Watervellen kunnen ontstaan wanneer de uien bij te hoge temperaturen en met een te hoge snelheid worden gedroogd. Jonker maant telers dan ook om de uien zeer goed en langdurig te ventileren: twee weken ventileren is onder de huidige omstandigheden te kort. „De kachel en de ventilator moeten er bij blijven. Er moet voldoende lucht door de uien heen, omdat er zo veel vocht in zit.” Zeker nu de prijzen voor de uien op een redelijk niveau zitten is het belangrijk om een goed product in de schuur te hebben. „Eén week bezuinigen op ventilatie kan dan veel meer gaan kosten.”

Hij adviseert telers om kort op de uien te zitten en regelmatig enkele uien open te snijden, om zo de kwaliteit in de gaten te houden. Dat geldt zeker voor telers die geen RV-meter hebben. Als zich schimmel op de uien ontwikkelt, zijn ze nog te nat. „Simpele tips, maar niet iedereen doet dat.”