SovEcon: Rusland verliest koppositie op tarwemarkt
Rusland dreigt zijn koppositie op de wereldtarwemarkt te verliezen als de overheid de exportbelasting op tarwe handhaaft.
De heffing heeft een drukkend effect op de binnenlandse tarweprijs, waardoor akkerbouwers minder tarwe gaan verbouwen. Dat zegt Andrey Sizov, directeur van het Russische marktbureau SovEcon, in een interview met het vakblad Millers Magazine.
Exportheffing op tarwe
Begin januari besloot de regering in Rusland een exportheffing op tarwe in te voeren van € 25 per ton van 15 februari tot en met 30 juni. In die periode mag maximaal 17,5 miljoen ton graan (tarwe, gerst, mais en rogge) worden geëxporteerd. In december werden de heffing en het exportquotum al aangekondigd. Dat leidde tot een prijsstijging op de tarwemarkt, omdat Rusland de grootste tarwe-exporteur ter wereld is.
De overheid wil met de heffing en het exportquotum voorkomen dat tarwe nog duurder wordt in Rusland. In januari besloot de overheid de heffing per 1 maart te verdubbelen naar € 50 per ton tarwe. De overheid gaat ook de export van gerst (€ 10) en mais (€ 25) belasten. De Russische regering overweegt om deze heffingen permanent te maken vanaf 1 juli om de stijging van de voedselprijzen te beperken.
Grootste exporteur van tarwe
In 2017/2018 werd Rusland voor het eerst de grootste exporteur van tarwe in de wereld en bleef dat in de meeste jaren daarna. Het nam de koppositie over van de VS en de EU. Sizov stelt dat deze positie in het gedrang komt als de exportheffingen volgend seizoen worden doorgezet. “Veel boeren gaan dan wat anders zaaien. Ik ben bang dat we dit najaar een substantiële afname van het areaal wintertarwe gaan zien. Dat zal een aanzienlijk lagere oogst in 2022 opleveren. Rusland zal dan waarschijnlijk zijn nummer één plek op de wereldmarkt voor tarwe verliezen.”
Bron Food+Agri Business