Vanuit een aantal regio’s kwamen bij Cosun Beet Company meldingen binnen over droogte, waardoor het lastiger werd om bieten zonder puntbreuk te kunnen rooien. Dankzij de regen is dat opgelost. Dit speelde op de zandgronden maar ook op klei, afhankelijk van de structuur van de grond, zegt Arno Huijsmans, directeur agrarische zaken.

De zonnige dagen hebben een gunstige invloed op het suikergehalte. De verwachting is dan ook dat het gehalte verder zal oplopen. Ook in Zuid-Limburg, waar de suikergehaltes opvallend laag waren in de eerste week van de campagne, trekken deze nu behoorlijk aan. Het laagst scoort Utrecht Oost/Veluwe met een suikergehalte van 15,4 procent, de hoogste cijfers worden gehaald in Zeeland (17,1).

De fabrieken kunnen goed doordraaien. Ze verwerken nu gemiddeld 58.000 ton bieten per dag.

Aphanomyces

Ook de bieten die zijn aangetast door de schimmel aphanomyces komen over het geheel nog redelijk uit de grond. „Het vraagt wat meer inspanning van loonwerker en teler maar uiteindelijk ligt er wel een goede biet.” Deze bieten leveren gemiddeld toch nog 40 ton op, de helft van wat normaal is. „Alleen de interne kwaliteit is wat lager.”

Het zijn met name telers op de noordelijke zand- en dalgronden die hier dit jaar problemen mee hebben. Wat precies de oorzaak hiervan is, kan Huijsmans niet zeggen. „We hebben de indruk dat een aantal rassen meer schade geeft. Bovendien is het in deze gebieden veel natter geweest, in combinatie met een lagere pH.”

Over de financiële afwikkeling hiervan is nog geen duidelijkheid. Er lopen volgens Huijsmans nog gesprekken met de betreffende zaadbedrijven. „Daar hebben we nog geen definitief uitsluitsel over.”