De hoge tarweprijzen van dit moment lijken vooral het gevolg van een wereldwijd tekort aan maaltarwe van de beste kwaliteit. Daarnaast constateerde het Amerikaanse landbouwministerie USDA vorige maand dat de tarwevoorraden in met name de belangrijkste exportlanden dit seizoen dalen. Verder is er ook meer vraag naar tarwe voor de productie van bioethanol. Dit is een gevolg van de hoge brandstofprijzen.

300 euro voor tarwe is overigens een soort magische grens voor de Nederlandse akkerbouwsector. Voormalig LTO Akkerbouw-voorman Jaap Haanstra voorspelde enkele jaren geleden al dat er ooit weer een tijd zou komen dat tarwetelers deze prijs zouden ontvangen voor hun product. Dat werd toen weggehoond, te meer daar de tarwe op dat moment niet meer opbracht dan hooguit de helft van de huidige marktprijs.

Tegenvallende groeiomstandigheden

Het tekort aan tarwe met een goede maalkwaliteit en voldoende hectolitergewicht is onder meer het gevolg van tegenvallende groeiomstandigheden in diverse teeltregio’s. In West-Europa en bijvoorbeeld Argentinië komt dat door regenval tijdens de oogst. In Canada en het noorden van de Verenigde Staten (VS) zorgde met name de aanhoudende droogte in de zomer voor een beperkt aanbod van hoogwaardige tarwe.

Overigens constateert de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland in het weekbericht granen dat de stijgende noteringen voor tarwe nog niet leiden tot een afname van de vraag vanuit de importerende landen. Met name de VS en Europa exporteren dit seizoen tot dusver meer dan voorgaande jaren. Dat geldt ook voor Oekraïne waar de maximale export voor het seizoen 2021-2022 is vastgesteld op 25,3 miljoen ton ofwel 44 procent boven het exportvolume van vorig jaar. De Russische export is tot dusver wel 15 procent minder dan een jaar geleden.