Graannoteringen bepaalt door sentiment en fundamentele gegevens
Mais en tarwe noteringen worden enerzijds gevoed door het sentiment en anderzijds door fundamentele ontwikkelingen. Het sentiment wordt vaak bepaald door het weer en de weersverwachtingen. De afgelopen maand was voornamelijk de weersituatie in Zuid-Amerika bepalend voor de stemming. Droog en zeer warm weer veroorzaakte lagere te verwachten opbrengsten van de granen. De afwaardering was inherent aan een stijging van 20 euro op termijnmarkten, maar ook in de effectieve markt. Met argusogen wordt de weersverwachtingen gevolgd. Nu er voor de komende week meer neerslag in Zuid-Amerika wordt verwacht is evident een correctie van de noteringen te verwachten. De markt anticipeert op lagere opbrengsten maar verdere achteruitgang lijkt niet actueel voor de gewassen. Fundamenteel zijn de cijfers voor tarwe negatief voor de noteringen. De wereldvoorraad tarwe lijkt volgend jaar naar een record te groeien van 211 miljoen ton. Het zijn dan ook niet de tarwe “fundamentels” die de mondiale graannoteringen hoog houden. Leidend voor de stemming zijn de gegevens van mais. De enorme vraag naar mais voor de ethanol-installaties heeft geleid tot een structurele lage voorraad voor dit gewas. De totale wereldproductie granen kan nauwelijks de mondiale vraag bijhouden. Dit is ook de verklaring dat de graannoteringen enorm volatiel zijn. Ondanks dat fundamenteel de markt zich de laatste maand verbeterd heeft, zijn kleine veranderingen van de opbrengsten door het weer een stuwende werking voor het positieve sentiment.
Jan Bakker