Tarwemarkt zoekt nieuw evenwicht
Na de enorme prijsstijgingen lijkt de tarwemarkt deze week op zoek naar een nieuw evenwicht op een hoger prijsniveau. Het gat dat Oekraïne en Rusland achterlaten op de exportmarkt wordt deels ingevuld door Australië en India.
De Parijse termijnmarkt Matif noteerde begin deze week voor maaltarwe op levering eind maart een recordbedrag van 422 euro per ton. Voor het meicontract steeg de prijs tot bijna 400 euro, terwijl voor oogst 2022 noteringen inmiddels standaard boven de 300 euro uitkomen.
In de loop van de week volgde een herstel op dit hoge prijsniveau. Bij de grondstoffenbeurs CBOT in Chicago daalden de tarwenoteringen met meer dan 15 procent. De Matif noteerde voor maaltarwe op levering in mei op donderdag nog ongeveer 385 euro per ton.
Nog steeds is duidelijk dat de oorlog in Oekraïne de tarwemarkt overgevoelig maakt. Voor de impact op korte termijn probeert het Amerikaanse landbouwministerie USDA duiding te geven in het periodieke Wasde (World Agricultural Supply and Demand Estimates)-rapport dat woensdag werd gepubliceerd.
USDA verwacht dat met name Australië en India meer tarwe gaan leveren om het gat dat Oekraïne en Rusland achterlaten op de exportmarkt in te vullen. Voor Oekraïne is het exportvolume voor dit seizoen met 4 miljoen ton verlaagd tot 20 miljoen ton. De Russische export wordt 3 miljoen ton lager ingeschat op een jaartotaal van 32 miljoen ton.
Meer graan door recordoogst Australië
In Australië heeft landbouwministerie Abares de prognose voor de tarweproductie naar boven bijgesteld met 2,3 miljoen ton tot een recordoogst van 36,3 miljoen ton. Voor export is daardoor 2 miljoen ton meer tarwe beschikbaar. Voor India verhoogt USDA het exportvolume met 1,5 miljoen ton. Deze verhoging gaat onder meer ten koste van de strategische voorraden.
De omvang van de internationale tarwehandel schat USDA ruim 3 miljoen ton lager in op totaal 203 miljoen ton ten opzichte van het vorige Wasde-rapport. Voor landen als Turkije, Egypte, Pakistan, Algerije en Kenia wordt rekening gehouden met lagere importvolumes vanwege de beperkte beschikbaarheid en hoge marktprijzen.
Toch stijging eindvoorraden
Het lagere verbruik en daling van het handelsvolume zorgen er voor dat in de berekening van USDA de wereldwijde eindvoorraden per 1 juli 2022 stijgen met ook weer 3 miljoen ton tot ruim 281 miljoen ton. Deze voorraad is genoeg om de wereldbevolking voor een periode van 18,5 weken te voeden. Hiermee is nog steeds sprake van een stabiele voorraad, met de aantekening dat China meer dan de helft hiervan voor zijn rekening neemt.
Bron: Nieuwe Oogst