De verwachting is dat dit de komende twee weken zo blijft. Dat meldt de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) in zijn nieuwe Droogtemonitor.

De regionale verschillen in de hoeveelheid neerslag zijn echter groot: Vooral in het zuidoosten viel minder neerslag dan elders. In die gebieden maar ook in andere gebieden waar de hoeveelheid neerslag beperkt bleef en waar geen water aangevoerd kan worden, zullen de gevolgen merkbaar zijn voor met name de natuur en de landbouw, aldus LCW.

Bovengrond minder droog

De regen heeft er wel voor gezorgd dat de bovengrond in grote delen van het land minder droog is. De grondwaterstanden zijn nog steeds laag, vooral in het zuiden van Nederland.

Waterschappen en Rijkswaterstaat hebben maatregelen genomen om water vast te houden. Het peil van het IJsselmeer en Markermeer wordt gestuurd op NAP -0,15 m in plaats van NAP -0,20 m.

Maximale neerslagtekort

Het KNMI verwacht dat het maximale neerslagtekort dit jaar door de uitzonderlijk droge start boven normaal zal uitstijgen. Die verwachting is gebaseerd op zijn klimaatdashboard. Op basis van de weersverwachting voorziet de weerdienst dat de zomer op 1 juni start met een neerslagtekort van rond de 116 mm.In een normaal seizoen loopt het neerslagtekort in de loop van juni verder op doordat de verdamping toeneemt tot gemiddeld 3 mm per dag begin juli.

De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.