Voor EU-mais werd € 1,50 hoger genoteerd en daarmee staat deze notering op hetzelfde niveau als de voertarwenotering. Voor tarwe en mais werd op de piek respectievelijk € 418,50 (week 16) en € 400 per ton (week 11) genoteerd.

De Rotterdamse noteringen zijn CIF, dat betekent dat de prijs inclusief kosten (zoals verpakking, verzekering en transport) tot in de haven van eindbestemming is. Hierdoor staat de Rotterdamse notering op een hoger niveau dan de termijnmarktnotering. In Hamburg daalde de voertarwe-notering naar € 345 per ton; het laagste niveau sinds 1 maart.

Maisprijs minder vast

De maisprijs lijkt alleen minder vast te staan dan de tarweprijs. Er zijn namelijk wat meer zetmeelalternatieven beschikbaar, zoals tapioca, waardoor mais eerder iets onder druk staat. Tarwe wordt wereldwijd als een humaan voedingsgraan gezien en lijkt daardoor minder sterk te fluctueren.

De vraag naar graan is goed, mede omdat de afgelopen weken de tarweprijzen zijn gedaald en landen zoals Egypte en Saudi-Arabië daarvan profiteren door tenders uit te schrijven. Het zijn lastige tijden voor inkopers van granen, want de oorlog in Oekraïne is sterk van invloed op de grondstoffenmarkt. Hoewel niet altijd duidelijk waar de tarwe precies vandaan wordt gehaald, biedt Rusland wel aan op de wereldmarkt. De laatste tender die Egypte uitschreef is voor 214.000 ton ingevuld met Russische tarwe. Daarnaast kocht Egypte 170.000 ton Franse tarwe en 60.000 ton Roemeense tarwe. Het geeft aan dat de tarwe er wel is.

Volatiliteit blijft op de grondstoffenmarkt, mede omdat de angst voor een recessie toeneemt. Hierdoor daalden de financiële – en ook de grondstoffenmarkten op dinsdag 5 juli. Daarnaast blijven zorgen voor een nieuwe corona-uitbraak in de wereld, waardoor marktrisico’s laag worden gehouden.

Bron Boerderij