Graannoteringen veren op
Donderdag bleef in de lijn van de afgelopen handelsdagen. Relatief weinig fundamentele veranderingen kenmerken de markt. De markten worden voortgedreven door het koude weer in Noord-Amerika. Het speculeren op het uitwinteren van de Amerikaanse winter tarwe, duwde de tarwe noteringen naar een hoger niveau. De termijnmarkt van Chicago (CBOT) kon voor de leveringsmaand maart lange tijd het niveau van 600 dollarcent/bushel vast houden. Echter door de toenemende druk die als basis had de excellente mondiale productiecijfers in combinatie met de veel lagere maïsnoteringen, brak op de eerste handelsdag van 2014 het weerstandsniveau van 600 dollarcent. Vervolgens dook de tarwenotering naar 560 dollar cent, maar lijkt nu weer iets te herstellen. Ook niet onbelangrijk is de tendens van maïs. Ook hier geld dat de zeer goede productie de basis heeft gelegd voor de noteringen. Begin oktober stond de koers op ruim 450 dollarcent/bushel om vervolgens in drie maanden tijd net boven de 400 grens haar dieptepunt te bereiken. Voornamelijk door de publicatie door de USDA in haar WASDE-rapport, dat de prognose van de opbrengsten toch iets tegenvielen heeft de maïsnotering van maart op CBOT teruggebracht op een niveau van 425-430 dollarcent.
Ook de noteringen van Euronext (Matif) worden ondersteund door het weer. De winter in Oost-Europa laat zich gelden met zeer lage temperaturen. Veelal lijkt een isolerende sneeuwlaag aanwezig te zijn, maar er zijn regio’s die wel een risico lopen.
De Europese tarwenoteringen blijven structureel ondersteund te worden door grote volumes die er omgaan in mondiale wereldhandel. De duurdere tarwe wordt verscheept en grote hoeveelheden goedkoper maïs komt er voor terug. De exportprijzen moeten wel concurreren met de voortdurende scherpe noteringen van de landen rond De Zwarte Zee maar ook India mengt zich de laatste weken in de markt met tenders op lagere niveaus dan de gevestigde orde afgeeft.
Matf maart €193.75 (+€0.75)
Rouen spot €189.62 (=)
Jan Bakker