Op steeds meer aardappelpercelen wordt doorwas geconstateerd.

Dit is het gevolg van de lange hete, droge periode, gevolgd door de regen. "Je hoeft de auto niet uit om doorwas te vinden", zegt DLV Plant-adviseur Roelof Naber. De doorwasproblematiek verspreidt zich vanuit het Zuiden over het land. "De verschillen tussen percelen zijn erg groot", meldt adviesbureau DLV Plant. Die variatie wordt veroorzaakt door verschillen in omstandigheden door onder meer beregenen, regenval, grondsoort, rasverschillen en planttijdstip.

"Vanuit de auto kun je het al zien", zegt Naber vanuit het zetmeelaardappelgebied in het Noordoosten. "Het is al een redelijk areaal met doorwas aan het worden. Voor zetmeelaardappelen is dat niet zo erg als in de consumptie. Voor de bewaring is het niet al te best, maar je kunt ze nog wel afleveren."

Volgens Naber kan de tweede helft van het groeiseizoen nog wel wat goedmaken. "Maar de groeidagen ben je natuurlijk kwijt." Willem Huige werkt voor DLV Plant in Flevoland. Hij noemt doorwas nog geen groot probleem. "Je ziet het wel meer dan vorige week, maar het komt nog niet op alle percelen voor. In het ras Agria komt het veel voor en vandaag zag ik het ook in Ramos. Innovator heeft het nog niet."

Een nieuwe methode tegen doorwas is het spuiten van kiemremmingsmiddel MH60. In het Zuiden adviseert DLV dit niet. Huige staat er wel voor open. "Dan moet het wel deze week gebeuren. Je moet er op tijd bij zijn. En het gewas krijgt een tik." Doorwas kan ook leiden tot meer aardappelen per plant. "Het hoeft niet erg te zijn, zolang de primaire knol kan doorgroeien."

Bron: Agrarisch Dagblad auteur: Petra Vos