De effectieve markt blijft rustig. De verwerkers draaien voornamelijk op de contracten en de belangstelling voor de vrije handel is tot een minimum beperkt. De referentienotering van de diverse beurzen in Noordwest-Europa bleven ook deze week overwegend onveranderd.  De bovenkant van de markt met bestemming export, staat wel iets onder druk (Agria). Rotterdam noteerde aan het begin van deze week voor de categorie II 25.0-29.0 (-0.50).
De fabrieken draaien nog een aantal weken op de oude oogst. Over drie tot vier weken zal er meer en meer geschakeld gaan worden naar de nieuwe oogst. Afhankelijk van het weer zal het moeten blijken of er dan voldoende kilo’s gegroeid zijn. In grote delen van Noordwest-Europa is er 10 tot 25 millimeter water gevallen maar het is bij lange na niet voldoende om van goed doorregende percelen te spreken. Bovendien is de zuidelijke helft (België en Frankrijk) het minst bedeeld met neerslag en de vooruitzichten zijn weer droog en warm. Het zou de koopinteresse van de Franse en/of Belgische industrie nog iets kunnen motiveren.
De termijnmarkt bleef de afgelopen week circuleren rond 15.0 euro. De openstaande positie voor het contract april’18 neemt aarzelend toe. De dagelijkse handelsvolume blijven laag. De markt kan nog niet echt een richting kiezen. Het grotere aardappelareaal blijft als een juk op de notering drukken maar het watertekort begint steeds meer gewicht te krijgen in de stemming. De notering zoekt weer de bovenkant van de handelsrange op in de bandbreedte van 14.5-15.5
© DVW