Aardappeltermijnmarkt veert iets op
De termijnprijs heeft zich in de afgelopen week weer kunnen herstellen naar een niveau van 16,50 tot 17,0 euro. De prijsval naar 16,0 euro van vorige week werd gepareerd en daarmee lijkt de termijnmarkt voorlopig te zijn uit gebodemd. De openstaande positie daalde voor het aprilcontract t.o.v. vorige week van 5103 naar 4873 contracten.
De effectieve noteringen laten voor de fritesrassen weinig verandering zien. De bandbreedte van de fritesnoteringen is echter behoorlijk wijd, in Nederland beweegt het prijsniveau tussen 11,0 en 15,0 euro maar in België en Frankrijk ligt het prijsniveau tussen 10,0 en 12,50 euro een stukje lager.
Het binnenhalen van de aardappeloogst heeft de laatste fase bereikt en is daardoor geen stemmingsfactor van betekenis meer. De opbrengsten van de late rassen zijn over het algemeen goed maar het is duidelijk dat de na groei een negatief effect heeft gehad op het droge stof gehalte. Verwerkers verruimen daardoor hun acceptatie eisen en ook partijen met een lager onderwatergewicht dan 360 gram worden verwerkt. Met name Belgische verwerkers werken met een ruimere standaard. Nu de af land fase grotendeels achter ons ligt, lijkt het niet waarschijnlijk dat de effectieve markt op de korte termijn nog veel in prijs zal toegeven.
De verwerkende industrie draait in Europa op volle toeren maar zal zolang mogelijk gebruik blijven maken van gecontracteerde aardappelen. Hierdoor zal de koopbelangstelling voor vrije aardappelen voorlopig nog op een laag pitje blijven staan. De hoge verwachtingen van de export zijn er tot op heden nog niet uitgekomen maar met de aardappeloogst achter de planken lijkt de markt zich geleidelijk aan positief te ontwikkelen.
Op vrijdagmorgen noteerde Belgapom voor Bintje 10.00 euro en voor overige rassen 11.00-11.50 euro. Het Franse RNM noteerde voor Bintje 10.00 euro en voor Fontane 11.00 euro.
Copyright: De Vries &Westermann BV