Aardappelveredeling maakt revolutie door
Enkele kweekbedrijven richten zich op de hybride diploïde aardappelveredeling. Ze willen sneller betere rassen kweken en uiteindelijk aardappelen telen uit zaad.
De ontwikkelingen in de aardappelveredeling volgen elkaar snel op. Veredelingsbedrijven KWS Saat en Solynta willen via hybride diploïde veredeling de teelt van aardappelen uit zaad commercieel interessant maken. Als ze dat voor elkaar krijgen, zal de pootgoedsector nooit meer hetzelfde zijn.
Het laatste jaar gebeurde er veel in de aardappelveredeling. Het Duitse veredelingsbedrijf KWS Saat verkocht eind vorig jaar de traditionele aardappelveredeling aan Stet Holland en richt zich alleen nog op de hybride veredeling van diploïde aardappelen. Veredelingsbedrijf Bejo Zaden kreeg eerder dit jaar als eerste veredelingsbedrijf kwekersrecht in een westers land voor een aardappelras dat uit zaad wordt geteeld. Biotechbedrijf Solynta stelt dat het over vier jaar een commercieel interessant hybride diploïd aardappelras op de markt brengt met een dubbele resistentie tegen phytophthora. Pootgoedhandelshuis HZPC brengt rond 2024 hybride aardappelrassen op de markt, die kwalitatief vergelijkbaar zijn met de bestaande rassen.
Revolutie in de aardappelveredeling
Als hybride veredeling doorbreekt, betekent dat een revolutie in de aardappelveredeling. Hierbij worden homozygote ouderlijnen ontwikkeld (aparte vader- en moederlijnen). Door inteelt hebben beide ouderlijnen een beperkte genetische variatie (homozygoot). Door die te kruisen ontstaan nakomelingen, die door het heterosis-effect beter zijn dan de beide ouders. Hybride veredeling wordt al langer toegepast bij andere gewassen, zoals bieten, koolzaad, mais, zonnebloemen en graan. Daar volgen rassen elkaar snel op vanwege de genetische verbetering. Bij de aardappel is hybride veredeling vrij nieuw.
Ook de overstap van tetraploïde naar diploïde aardappelen is een grote omslag. Vrijwel alle geteelde aardappelen zijn tetraploïd: ze hebben vier paar chromosomen. Dat heeft als nadeel dat er bij kruisingen veel variatie ontstaat in de nakomelingen. Dat maakt het lastig gewenste eigenschappen in te kruisen of bestaande eigenschappen te verbeteren. Het duurt zeker tien jaar voor een nieuw ras is gekweekt. En dan nog zijn nieuwe rassen vaak marginaal beter dan de bestaande. Dat is de reden waarom stokoude rassen als Bintje, Russet Burbank en Spunta nog volop worden geteeld in de wereld. Diploïde aardappelen met twee paar chromosomen hebben dat nadeel niet. Je kunt er veel gerichter en sneller mee veredelen.
Gevolgen voor aardappelsector niet te overzien
Als het de bedrijven ook nog lukt de teelt van aardappelen uit zaad mogelijk te maken, zijn de gevolgen helemaal niet te overzien voor de aardappelsector. Zaad is veel goedkoper te produceren, te transporteren en te bewaren. Ook is vermeerdering via zaad minder ziektegevoelig dan vermeerdering via knollen. En wat nog ingrijpender is: de aardappel wordt dan een interessant gewas voor grote zaadmultinationals als Monsanto, Du Pont Pioneer en Syngenta.
Die bedrijven hebben een netwerk over de hele wereld voor het produceren en leveren van zaad. Die storten zich gegarandeerd op de aardappel, dat het derde voedselgewas in de wereld is. Dat betekent een sterke concurrentie voor de veel kleinere pootgoedhandelshuizen. De aardappelveredelingsbedrijven maken zich echter niet zo druk over wat mogelijk voor hen ligt. Ze houden zich wel bezig met diploïde veredeling, maar denken niet dat het zo’n vaart zal lopen als Solynta en KWS verwachten.
➤ HZPC
➤ Agrico
➤ Germicopa
➤ Solana
➤ Caithness Potatoes
HZPC
Pootgoedhandelshuis HZPC brengt rond 2024 hybride aardappelrassen op de markt, die kwalitatief vergelijkbaar zijn met de bestaande rassen. Dat verwacht directeur Gerard Backx. “Hybride rassen hebben een positief effect voor de gehele aardappelsector. Het is dan mogelijk om sneller nieuwe rassen te kweken. De genetische verbetering is laag bij aardappelen ten opzichte van andere gewassen. Die komt dan hoger te liggen. Dat is niet direct voor de pootgoedsector van groot belang, maar vooral voor de consumptiesector.”
HZPC is ook bezig met diploïde veredeling, zegt Backx. “Dat doen we al diverse jaren. We kunnen wel eerder dan 2024 een ras hebben, maar als dat niet beter is dan bestaande rassen, heeft een marktintroductie voor ons geen zin. Als HZPC diploïde rassen heeft, kunnen we relatief snel resistentiegenen tegen phytophthora inkruisen.”
➤ Terug naar begin
Agrico
Pootgoedhandelshuis Agrico denkt dat de nieuwe ontwikkelingen weinig invloed gaan hebben op de Nederlandse pootgoedsector. Zaad heeft een grote achterstand in grondbedekking ten opzichte van pootgoed, zegt directeur Sjefke Allefs van Agrico Research. “Daardoor haal je met zaad niet de potentiële eindopbrengst van een gewas dat uit knollen is geteeld. Pootgoed benut de lichtinstraling gedurende het groeiseizoen beter.”
Daarnaast vergt het telen van aardappelen uit zaad (TPS: True Potato Seed) veel kennis. Allefs: “Afnemers die zaad gebruiken voor de teelt van pootgoed om het volgende seizoen consumptieaardappelen te telen, moeten daarvoor wel de kennis hebben. Dit is een realistische optie in bijvoorbeeld Israël, maar niet in Algerije, Saudi-Arabië, Egypte, enzovoort.”
De grootste afzetmarkten voor de Nederlandse pootgoedsector zijn die voor traditionele exportrassen (Spunta) en fritesgeschikte rassen (Agria, Fontane, Innovator). Allefs: “Wij hebben in dertig jaar veredeling van diploïde aardappelen nooit diploïden gezien die de grofte halen die voor deze markten essentieel is. Ook de uniformiteit van de knollen bij TPS-aardappelen is voorlopig veel minder dan bij een gewas dat is geteeld uit op maat gesorteerd pootgoed. Het aandeel fritesgeschikt of wasserijgeschikt is bij een zaadgewas beduidend lager.”
Germicopa
Het Franse veredelingsbedrijf Germicopa past ook diploïde veredeling toe, zegt onderzoeksdirecteur Gisèle Lairy-Joly. “Dat doen we al meer dan 30 jaar. Daarbij kweken we uit diploïde ouders tetraploïde nakomelingen. Diploïde-variëteiten zijn gemakkelijker om mee te veredelen. Zo kweken we rassen met een resistentie tegen phytophthora en tegen bepaalde aaltjes. De resultaten van de eerste veldproeven zijn veelbelovend. Maar diploïde aardappelen scoren minder goed in de gebruikseigenschappen. Ook zijn de diploïde aardappelen niet uniform genoeg voor plaatsing op de rassenlijst. De huidige regulering is niet aangepast aan diploïde aardappelen. Daarom blijven we tetraploïde aardappelen vermeerderen om die te vermarkten.”
Solana
Veredelaar Jacob Eising van kweekbedrijf Den Hartigh vindt de zoektocht naar commercieel interessante hybride diploïde aardappelen positief. “Daardoor waait een frisse wind door de aardappelveredeling”, zegt Eising. Den Hartigh is een dochterbedrijf van het Duitse veredelingsbedrijf Solana. “Wij staan open voor nieuwe ontwikkelingen.”
Solana heeft ook een omvangrijk diploïd veredelingsprogramma, zegt Eising. “Je kunt diploïde aardappelen gemakkelijker veredelen. Veel wilde aardappelen zijn diploïd. Zo kun je gemakkelijker bijvoorbeeld een phytophthora-resistentie inkruisen. Zo maken we de aardappelteelt duurzamer. Maar tetraploïde aardappelen scoren beter op gebruikseigenschappen dan diploïde aardappelen. En ze halen hogere opbrengsten. De afnemers van aardappelen zullen nooit lagere hectareopbrengsten accepteren, omdat het de kostprijs verhoogt.”
Een medewerkster van veredelingsbedrijf KWS Potato legt aardappelzaad te drogen op koffiefilters. KWS heeft als lange-termijn-doel om hybride diploïde aardappelen te kweken uit zaad.
Een medewerkster van veredelingsbedrijf KWS Potato legt aardappelzaad te drogen op koffiefilters. KWS heeft als lange-termijn-doel om hybride diploïde aardappelen te kweken uit zaad.
Caithness Potatoes
De veredeling van de aardappel is lastiger dan bij andere gewassen, zegt Jan-Eric Geersing, verantwoordelijk voor het Nederlandse dochterbedrijf van het Schotse pootgoedbedrijf Caithness. “Bij de aardappel zijn veel eigenschappen belangrijk, in tegenstelling tot andere gewassen die worden beoordeeld op een veel beperkter aantal eigenschappen.”
Geersing ziet twee grote hobbels voor het telen van aardappelen uit zaad (TPS). “Dat zijn raszuiverheid en opbrengst. Bij raszuiverheid zijn er eigenschappen waaraan geen concessies gedaan kunnen worden. Een zwart chipje of frietje verlagen het rendement. En je wilt in de pan absoluut geen loskokende aardappel tussen vastkokende.”
Daarnaast blijft de opbrengst achter bij TPS-aardappelen. Geersing: “Veredelaars produceren jaarlijks honderdduizenden plantjes uit zaad. Die produceren weer knolletjes. Iedere kweker weet dat deze éénstengelige planten niet de opbrengst halen, zoals bij de teelt uit knollen. Na het produceren van zaad moeten weer knollen worden geproduceerd om voldoende opbrengst te halen. Als pootgoed over grote afstand moet worden getransporteerd, heeft zaad een groot voordeel. Eén luciferdoosje met zaad staat gelijk aan een container met pootgoed. De aandacht voor nieuwe veredelingstechnieken is erg goed voor de aardappelsector. Maar ik deel de nuchtere kijk van anderen op de veranderingen die dit teweeg zou kunnen brengen.”
Bron: Boerderij