Bedrijven in VS mogen tot 15 procent bio-ethanol bijmengen
Washington – ADM, Dupont, Cargill en zeventien andere bedrijven hebben in de VS toestemming gekregen benzine die tot 15 procent bio-ethanol (E15) bevat te verkopen. Dat heeft het milieu-agentschap van de overheid, EPA, bekendgemaakt.
Tot nu toe mocht benzine maximaal 10 procent bio-ethanol bevatten. Voor de industrie is het besluit een grote overwinning.
De industrie vroeg de laatste jaren herhaaldelijk om het oprekken van de limiet. Ze spraken van een "blend wall". Auto's moesten volgens critici wel voldoen aan milieu-eisen, zoals een bepaalde uitstoot van CO2, maar de motor in de auto hoefde niet bestand te zijn tegen een bepaald bijmengpercentage. Mede daardoor kwamen bio-ethanolbedrijven in financiële problemen.
De EPA twijfelde lang of een groter gehalte bio-ethanol dan 10 procent auto's zou kunnen beschadigen. E15 wordt nu toegestaan voor auto's en lichte trucks die in 2001 of later zijn gebouwd. Benzine is momenteel duurder dan bio-ethanol, en producenten gaan daarom mogelijk meer bijmengen om het verschil te cashen.
De EPA meldt dat de regering Obama zich ten doel stelt bedrijven te helpen met het neerzetten van tenminste 10.000 bijmengpompen in de komende vijf jaar. Tegelijk is de vraag of consumenten in de VS E15 direct zullen vertrouwen, aldus de Renewable Fuels Association.
Directeur Jan Koninckx van het biobrandstoffenprogramma van DuPont denkt dat E15 "een mooie aanvulling" is op de benzine met 10 procent bio-ethanol en E85, waarbij 85 procent van de benzine uit bio-ethanol bestaat. E85 vergt zogeheten "flex-fuel"-motoren in auto's en wordt vooral in Zweden en het Midden-Westen van de VS gebruikt.
Bron Boerderij