Den Bakker: soja kan al aardig meedoen ten opzichte van graan
De teelt van soja op Nederlandse bodem kan zich al aardig verhouden met de teelt van granen, zegt Aart den Bakker van Agrifirm. Den Bakker zei gisteren op de themabijeenkomst over soja in Lelystad dat een teler al meer rendement kan halen met soja dan bij graan, mits die teler de teelt heel goed in de vingers heeft.
In de afgelopen jaren behaalden de Agrifirm-telers met soja een opbrengst van gemiddeld tussen de 2.500 en 2.800 kilo per hectare. De beste 25 procent van de Agrifirm-telers haalde echter 3 tot 3,5 ton. Volgens Den Bakker concurreert de Nederlandse soja voor deze groep al met wintertarwe. Het hectaresaldo voor de gemiddelde teler was in 2016 volgens Den Bakker 616 euro, terwijl de 25 procent beste telers op 1049 euro uitkwam voor de sojabonenteelt.
Het zou het beste zijn om met de sojaopbrengsten naar 4 tot 4,5 ton per hectare te gaan, zegt onderzoeker Johan van Waes van het Vlaamse onderzoeksinstituut Ilvo. Hij is wel heel positief over de veerkracht van het sojagewas: „Onder alle omstandigheden zien we dat de teelt slaagt.” Van Waes zag in de afgelopen vijf onderzoeksjaren droogte, wateroverlast, hitte en koude en toch kon er steeds geoogst worden.
Rasveredeling
Het ideale ras voor Noordwest-Europa bestaat nog niet. Het zou vroeger rijp moeten zijn om de natte oogst in oktober te voorkomen, dus liefst eind september al oogstbaar. Daarbij zou de opbrengst wat hoger moeten liggen en een wat hoger eiwitgehalte willen de afnemers ook graag. Volgens sojaspecialist Erwin Boogaard van Agrifirm conflicteert een hogere opbrengst van een ras vaak met de vroegheid. Hij zegt dat ondanks dat wel af en toe rassen boven komen in veldproeven, die zowel op vroegheid als op opbrengst goed scoren. Daar gaan de onderzoekers mee verder. Agrifirm onderzoekt de mogelijkheden van vijf nieuwe, veelbelovende rassen.
In Lelystad liggen rassenproeven met verschillende eiwitgewassen, waaronder soja, die medegefinancierd worden door de Branche Organisatie Akkerbouw. De resultaten daarvan zullen later in het seizoen met alle telers gedeeld worden. De teeltproeven die Agrifirm doet met verschillende rassen, bemestingen en verschillende hoeveelheden geënte rhizobium-bacteriën deelt de boerencoöperatie met de leden.
Rhizobium
Soja kent een symbiose met een bodembacterie die stikstof bindt. Deze bacteriestam komt van nature niet voor in de Nederlandse bodem. Daarom enten de zaadleveranciers de rhizobium-bacteriën op het zaad. Volgens Den Bakker is er een grote stap in de opbrengst van het gewas gemaakt door dit te gaan doen. Boogaard vertelt dat het enten van de bacterie zelfs een veel beter effect heeft dan een stikstofgift met kunstmest. Telers bij de bijeenkomst zeggen dat ze bij onvoldoende actieve wortelknolletjes aan de sojaplanten wel eens overgaan op stikstofkunstmest bij de zaadzetting. Boogaard kan daarvan niet beloven of het helpt. Het is een van de onderzoeksvragen rond soja.
Politiek
In het kader van duurzame landbouwontwikkeling ondersteunen de provincies Friesland, Groningen en Drenthe de ontwikkeling van soja in Nederland. Ook Brabant doet dat inmiddels. Met een Green Deal spraken de provincies en ketenpartners in de soja af om zich in te spannen voor uitbreiding van de teelt. Soja past in een grotere zelfvoorzienendheid van Nederland en de EU als het eiwitgewassen betreft.
Den Bakker is niet blij met het verbod op gewasbescherming in soja, als dat als vergroeningsgewas in het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) moet passen. Het maakt volgens de Agrifirm-man de teelt lastiger en dat kan in zijn ogen niet de bedoeling zijn van een stimuleringsbeleid voor eiwitgewassen in de EU. „We lobbyen of dat niet anders kan…” In Nederlandse sojabonen mogen op dit moment dezelfde gewasbeschermingsmiddelen gebruikt worden als in andere droge bonen, zoals de bruine boon. Bij gebruik van die middelen valt het gewas voor de teler dus niet meer onder de vergroening voor het GLB.
Bron Akkerwijzer