De prijs van agrarische percelen blijft stijgen. Vooral voor bouwland moet aanzienlijk meer worden neergeteld. Zo bedroeg de gemiddelde prijs van bouwland in het 3e kwartaal van 2022 86.100 euro per hectare. Dit is maar liefst 9,8 procent meer dan in het 2e kwartaal. En bijna 10 procent meer dan de 78.500 euro die in 2021 voor een hectare bouwland moest worden neergelegd.

De gemiddelde prijs van een hectare snijmaïsland steeg in het 3e kwartaal van 2022 met 9,5 procent tot 80.500. Bij grasland is met 5,5 procent in het 3e kwartaal ten opzichte van tweede kwartaal sprake van een gematigder prijsstijging. De gemiddelde prijs steeg tot 67.100 euro per ha. Dat is ruim 6 procent meer dan de gemiddelde prijs van grasland over heel 2021. Voor één hectare werd toen gemiddeld 63.200 betaald.

Grondmobiliteit

Tussen 1 juli en 30 september 2022 veranderde 5.000 hectare landbouwgrond van eigenaar. Dit is bijna 900 ha (-15 procent) minder dan in hetzelfde kwartaal van 2021. In de laatste vier kwartalen (4e kwartaal 2021 tot en met 3e kwartaal 2022) verwisselde in totaal 29.600 hectare grond van eigenaar. Dat is 5.200 hectare (-15 procent) minder dan in dezelfde periode een jaar eerder (2020/2021).

Uiteenlopend

De gemiddelde agrarische grondprijs loopt in het 3e kwartaal van 2022 uiteen van 56.100 euro in Friesland tot 147.900 euro per hectare in Flevoland. In de overige provincies varieert de grondprijs in het 3e kwartaal 2022 tussen 65.200 euro in Utrecht en 84.200 euro in Noord-Holland.

Grote provinciale verschillen

In de provincies Friesland en Drenthe steeg de gemiddelde agrarische grondprijs afgelopen kwartaal met respectievelijk ruim 5 procent en 2 procent. In Groningen bleef de grondprijs bijna gelijk. In de provincie Flevoland steeg de gemiddelde agrarische grondprijs in het 3e kwartaal van 2022 met bijna 4 procent. In Gelderland en Overijssel bleef de stijging van de grondprijs beperkt tot 1 à 2 procent. In de provincies Zuid-Holland en Noord-Holland steeg de gemiddelde agrarische grondprijs in het 3e kwartaal van 2022 met respectievelijk 6 procent en 2 procent, terwijl die in Utrecht praktisch gelijk bleef. In Zeeland en Noord-Brabant was met -1 procent in het 3e kwartaal sprake van een lichte daling van de gemiddelde agrarische grondprijs. Tenslotte steeg in Limburg de grondprijs met 1 procent.