Een flauwe start van de handelsweek op de granenmarkten. De zorgen over de Europese schuldencrisis bepaalde de stemming gedurende de dag. Nieuwe Griekse verkiezingen en een verkiezingsnederlaag van de CDU van Merkel in Noord-Rijnland-Westfalen zorgen dat er vandaag meer gesproken wordt over de gevolgen van – en de manier waarop Griekenland eventueel de eurozone gaat verlaten dan dat de discussie zich altijd richtte op de vraag of Griekenland de eurozone zou verlaten.
Doordat er sinds het USDA-rapport afgelopen donderdag weinig nieuws de markt ingekomen is, concentreert de granenmarkt zich ook op de financiële beurzen. Vanmorgen werd wel bekend dat de vorstschade in Duitsland bijgesteld is, van 6% naar 11%. Ook de lage EUR/USD-koers kon vandaag geen steun bieden aan de prijzen op de graanmarkten. Vanaf de opening dalen de koersen van mais en tarwe zo’n €1,50/ton, terwijl de koolzaad zelfs €10,00/ton moet inleveren. Dit onder aanvoering van de soja-notering in Chicago, die ruim 30 dollarcent/bushel daalt en door enkele belangrijke technische steunniveaus is gezakt. Na de stijging van $11 tot $15 dollar lijkt de correctie snel en hard door te zetten, ondanks het gunstige USDA-rapport. De financiële markten, hoge dollar-koers en dalende olieprijs zorgen echter dat dit niet genoeg is om het hoge prijsniveau vast te houden.
Komende week zullen de financiële markten en onrust het marktbeeld gaan bepalen, want de moeilijke omstandigheden in Europa en het USDA-rapport van vorige week zitten ondertussen in de koersen verwerkt.

Rene van Zandwijk