Het International Grains Council (IGC) verlaagde de prognose voor de productie alle granen 2015-16 met 2 miljoen ton van 1968 miljoen ton naar 1966 miljoen ton.
Na een reeks van opwaardering van de graanproductie in haar maandelijkse rapportage, heeft IGC voor het eerst de tarweproductie verlaagd van 715 miljoen ton naar 711 miljoen ton. Met name de weercondities in de productiegebieden van Noord-Amerika, Europa en de landen rond De Zwarte Zee zijn de basis voor de lagere tarweprognose.
Voor maïs is er nog wel ruimte voor een kleine productie verbetering van 2 miljoen ton naar 963 miljoen ton ten opzichte van een maand geleden. Maar het blijft ver onder de productie van het vorige seizoen, toen er maar liefst 999 miljoen ton maïs werd geoogst.
De zogenaamde ending stocks 2015-16 voor alle granen gaat ten opzichte van 2014-15 met 16 miljoen ton terug naar 422 miljoen ton en is daarmee 4 miljoen ton geslonken ten opzichte van de vorige maand. Wel blijven de voorraden nog op een ‘comfortabel’ niveua.
Het IGC-rapport is prijshoudend voor de noteringen, maar belangrijker voor de graanmarkten zijn de weersomstandigheden in de VS en Europa. De excessieve neerslag in de Zuidelijke Plains vertraagt de oogsten en doet een aanslag op de kwaliteit. De rating ‘good to excelent’ vertoont een negatieve tendens met een verlaging van 2 procent naar 41 procent, ten opzichte van vorige week. Fondsen worden daardoor geprikkeld om de relatieve grote verkoopposities in te dekken. Maar de noteringen blijven zeer volatiel en kleine veranderingen  in de weerrapporten worden direct vertaald in de noteringen van de Benchmark voor de zachte tarwe, Chicago.
Maar ook de te droge omstandigheden in NW-Europa inclusief de noordelijke productie gebieden in Frankrijk bepalen het sentiment van de graanbeurzen. Ondanks de neerslag van de laatste dagen in deze gebieden, is deze onvoldoende geweest om voldoende reservoir te hebben om de te verwachte droge periode volgens diverse weermodellen goed op te vangen.
Volgende week dinsdag publiceert USDA de kwartaalcijfers voor het areaal en de voorraden in de VS. De markten kijken altijd met argusogen uit naar deze cijfers. Vele marktbureaus wagen zich aan deze voorspelling en wijken maar al te vaak zeer sterk van elkaar af. Het rapport van de USDA is leidend. Fondsen lijken de grote shortposities te verkleinen voor de publicatie wat een extra boost geeft aan de stijgende noteringen van tarwe en maïs.
Matif tarwe december slot donderdag 25 juni: €187.75 (+€1.50)
JB