Pootgoed naar Rusland bijt niet met schaarste in Nederland
De handelshuizen hebben 14.000 ton pootaardappelen aangemeld voor export naar Rusland. Dat bijt niet met de schaarste aan pootgoed in Nederland.
Het klinkt tegenstrijdig. De Nederlandse handelshuizen melden dat ze 14.000 ton pootaardappelen beschikbaar hebben voor de export naar Rusland. Terwijl er krapte is in het binnenland. Toch is dit niet zo tegenstrijdig. Er dreigt in Nederland vooral een schaarste aan pootgoed van aardappelrassen voor de verwerkende industrie. Rusland vraagt vooral andere rassen. Bovendien koopt Rusland de hogere pootgoedklassen, omdat het pootgoed daar verder wordt vermeerderd. Dat zijn niet de klassen die door de telers van consumptieaardappelen worden gepoot.
Afspraak tussen leverancier en afnemer
Sinds november 2016 konden exporteurs pootgoed aanmelden voor levering aan Rusland. In december nam de Russische fytosanitaire autoriteit Rosselkhoznadzor monsters van deze partijen. Die zijn goed bevonden. Er is ongeveer 14.000 ton aangemeld door de Nederlandse handelshuizen. Dat pootgoed mag naar Rusland. Rusland wil alleen geen pootgoed uit de Noordoostpolder, omdat Rosselkhoznadzor in 2015 in één monster pootgoed uit de NOP een aardappelcystenaaltje vond.
Inschrijving op de lijst betekent niet dat het pootgoed ook geleverd moet worden, zegt directeur Gerard Backx van handelshuis HZPC. “De Russische overheid peilt de belangstelling bij de importeurs en bij de Nederlandse handelshuizen. Dat moet op elkaar aansluiten. Maar de feitelijke levering is een afspraak tussen leverancier en afnemer. Daar gaat de overheid niet over.”
Agrico laadt pootaardappelen in de haven van Vlissingen in een boot met als bestemming Rusland. Foto: Peter Roek
Andere rassen
Voorgaande jaren zat er een groot verschil tussen de lijst en wat werkelijk is geleverd. Van oogst 2015 was ongeveer 20.000 ton gereserveerd, terwijl 4.668 ton aan Rusland is geleverd. Het jaar ervoor was het gat nog groter. Er was 40.000 ton aangemeld van oogst 2014, terwijl Rusland 17.074 ton aankocht. Door de waardedaling van de roebel was het minder aantrekkelijk te leveren aan Rusland. Terwijl het pootgoed in Europa een goede prijs opbracht.
Volgens Backx vraagt Rusland andere rassen dan de Nederlandse aardappelverwerkers. “In Nederland is schaarste aan pootgoed van bepaalde fritesrassen. Er gaan meestal andere rassen naar Rusland en Centraal-Europa. Het pootgoed dat niet naar Rusland gaat, krijgt een andere bestemming.”
Directeur Jan van Hoogen van handelshuis Agrico noemt nog een reden waarom de afzet naar Rusland niet bijt met een schaarste aan pootgoed in Nederland. “Rusland vraagt vooral pootgoed van de klassen S en SE. Dat wordt daar verder vermeerderd.”
Bron Boerderij