Tarwemarkt geeft vol gas na Wasde-rapport
De tarwemarkt maakte deze week aanvankelijk even een pas op de plaats. Deze terugval was van korte duur. Na publicatie van de laatste prognosecijfers door het Amerikaanse landbouwministerie USDA met nog weer lagere tarwevoorraden, stegen de noteringen bij de Matif in Parijs weer richting 300 euro per ton.
De notering voor maaltarwe op levering in december bij de Matif in Parijs tikte vorige week al de 292,75 euro per ton aan. Deze week was eerst sprake van een correctie vooruitlopend op de publicatie door USDA van het november-rapport van Wasde (World Agricultural Supply and Demand Estimates). De daling van de notering met zo’n 9 euro per ton werd onder meer veroorzaakt door winstname van investeerders op de tarwemarkt.
Na de publicatie van USDA-cijfers geeft de internationale tarwemarkt vanaf woensdag weer vol gas. Aan het eind van de week noteert de Matif voor het decembercontract tot 296 euro per ton, de hoogste notering sinds 2008. De termijnnotering voor tarwe van oogst 2022, op levering in september volgend jaar,stijgt deze week door naar een niveau boven 255 euro per ton.
De tarwemarkt reageert vooral op de verlaging van USDA van de theoretische wereldvoorraad op 1 juli 2022 van 277,1 naar 275,8 miljoen ton. Verder speelt ook de aankondiging mee van opnieuw een verhoging van de exportbelasting op tarwe door de Russische overheid.
Hogere productie Rusland
De verlaging van de wereldvoorraden in het Wasde-rapport komt door kleine aanpassingen voor zowel de beginvoorraden op de wereldbalans, de wereldwijde productie en het wereldwijde verbruik van tarwe. Belangrijke aanpassing voor de productiecijfers is de verwachte verhoging van de Russische tarweoogst in 2021-2022 met 2 miljoen ton tot in totaal 74,50 miljoen ton.
Kleinere verwachte producties voor Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Oezbekistan compenseren de grotere Russische oogst deels. Het grotere verbruik komt voor rekening van Rusland, Iran en Turkije. Voor de Europese Unie, Groot-Brittannië en Oekraïne verlaagt USDA de verbruikscijfers juist.
USDA schat de wereldhandel in tarwe inmiddels 3,5 miljoen ton hoger in dan vorige maand. Het totale verwachte exportvolume komt daarmee op 203,2 miljoen ton, dat is een recordhoogte.
Strijd om grootste export
Rusland en de Europese Unie lijken te strijden om de positie van de grootste exporteur. Voor Rusland verwacht USDA een exportvolume van 36 miljoen ton. Dat is 1 miljoen ton meer dan vorige maand, maar wel 2,5 miljoen minder dan vorig seizoen.
De EU herstelt zich dit jaar behoorlijk op de exportmarkt. De verwachting is dat van oogst 2021 zo’n 36,5 miljoen ton naar het buitenland wordt verkocht. Over het seizoen 2020-2021 was het exportvolume bijna 7 miljoen ton lager.
Buffer voor verbruik
Een voorraad van 275,8 miljoen ton tarwe is goed voor een wereldverbruik van 18,2 weken. Hierbij geldt standaard de aantekening dat meer dan helft van de wereldvoorraad, volgens de huidige cijfers is dat ruim 51 procent, ligt opgeslagen in China. Zonder deze strategische voorraad daalt de buffer voor de tarweconsumptie voor de rest van wereld naar minder dan 11 weken.
Het effect van de negatieve tarwebalans wordt op de internationale graanmarkt nog enigszins gedempt door de stijgende voorraden voor mais en sojabonen. Met name voor mais is het voor het eerst sinds drie jaar dat de productie hoger is dan het verbruik. Voor sojabonen was de balans vorig jaar ook al positief.
Bron: Nieuwe Oogst