Veel virusziek vraagt om groter monster in nacontrole pootgoed
De veldkeuring heeft heel duidelijk gemaakt dat de druk van (primair) virus in het gewas dit seizoen groot is. In maar liefst 36 procent van de klasseverlagingen en afkeuringen was primair virus de oorzaak. Ter vergelijking: in de afgelopen twee jaar was dat 5 (2018) en 9 procent (2017).
Vroeg afstervende gewassen
De cijfers van 2018 geven overigens niet helemaal een terecht beeld van de situatie: door de hitte van vorig jaar stierven de gewassen al vroeg af, waardoor niet alle viruszieke planten er tijdens de selectie uitgehaald konden worden. Tijdens de nacontrole van vorig jaar werd dan ook heel hard duidelijk dat dit inderdaad niet was gelukt: het verlagingspercentage liep toen al heel vroeg in de nacontrole op naar boven de 20 procent. Uiteindelijk bleek dat een kwart van het pootgoed in de nacontrole in klasse is verlaagd, veruit het slechtste resultaat in vijf jaar tijd.
Dat zorgde er voor dat de uitgangssituatie voor virus voor dit teeltseizoen bij de start al slecht was, en de NAK hamerde voortdurend op een scherpe focus op virus, selectie en luizenactiviteit. Tijdens de selectie werden dan ook veel viruszieke planten gevonden.
200 knollen
Pootgoedtelers moeten de kennis die ze afgelopen veldseizoen van hun percelen hebben verkregen gebruiken om hun strategie voor de nacontrole te bepalen, vindt Hommes. „Baseer je daarvoor niet alleen op je eigen ervaringen, maar ook op de bevindingen van de keurmeester.” Tijdens de nacontrole wordt het pootgoed in principe via een standaard knollenmonster van 200 knollen getoetst. Dit is volgens Hommes een snelle en effectieve manier om de status van de partij te meten.
Wanneer telers tijdens het groeiseizoen veel virus (primair en secundair) hebben waargenomen in hun percelen dan is de kans groot dat er in de nacontrole ook virus gevonden gaat worden. In zo’n geval is een standaard monstergrootte van 200 knollen wellicht niet de beste keus, meent Hommes. „De kans is namelijk groot dat het perceel dan flink gedeclasseerd of zelfs afgekeurd zal worden, terwijl dat met een monstergrootte van maximaal 800 knollen waarschijnlijk niet of minder was gebeurd.”
Percelen samenvoegen
Ook herinnert Hommes telers er aan percelen waarin primair is waargenomen niet samen te voegen met andere percelen. „Doe je dat wel, dan loop je tegen een klasseverlaging aan.”
Daarnaast is het verstandig om pootgoed voor eigen teelt (in 2020) te laten toetsen op virus. Pootgoed dat bestemd is voor afzet, valt onder de verplichte nacontrole, voor pootgoed voor eigen teelt geldt dat niet. Door het eigen pootgoed ook (vrijwillig) te laten toetsen, kan een teler teleurstellingen in het nieuwe teeltseizoen voorkomen.
De NAK is vorige week begonnen met de bemonstering voor de nacontrole. Daarna zal snel duidelijk worden in hoeverre het de sector is gelukt zoveel mogelijk viruszieke planten uit het veld te halen. Alle zieke planten er uit selecteren, is onmogelijk.
Schoon uitgangsmateriaal
Schoon uitgangsmateriaal is de basis voor een virusvrije teelt. Het vroegtijdig schoon hebben en houden van virus wordt steeds belangrijker. Er komen steeds meer virussen die zich nauwelijks laten zien in het veld. Daarbij komt dat door de klimaatverandering het groeiseizoen steeds langer wordt en er meer bladluizenvluchten komen. Volgens Hommes is 60 tot 70 procent van de viruszieke planten op een bepaald moment zichtbaar in het veld.
Bron: Akkerwijzer