WASDE-rapport lijkt alweer verwerkt: stabiele noteringen in de granen
Nadat iedereen de WASDE-cijfers goed op zich in had kunnen laten werken bleven de noteringen vandaag voornamelijk onveranderd op de beurzen in Parijs. Na een licht hogere opening door dat de markt steun vond in recente exportorder die weer geplaatst zijn door Irak en Egypte zakte in de loop van de handelsdag de notering weer richting het slotniveau van gisteren: €205,50 voor het januari-contract.
Zoals gisteren gezegd een met name voor de tarwe wat negatief rapport, met een grotere oogst (Australië en Canada) en een verbruik dat slechts licht (1 mln. ton) toe nam, waardoor de eindvoorraden groter verwacht worden in vergelijking met het WASDE-rapport van november. Voor sojabonen een neutraal rapport, en mais een wat vaste ondertoon, maar moeilijk om de stap naar boven te maken door de link die er licht met de tarwemarkt.
Kritische noten zijn er natuurlijk ook meteen bij het rapport, voornamelijk gericht op het moment voor de tarweoogst in Argentinië. Waar de recente opbrengstverhogingen in Canada en Australië wel meegenomen zijn is dat voor de oogst in Argentinië niet gedaan, de overheid gaat uit van 8,5 mln. ton, terwijl de USDA vast houdt aan de oogst van 11 mln. ton die ze vorige maand ook voorspelden.
Reden voor de optimisten in de markt om te verwachten dat hier nog een bijstelling gemaakt kan worden in de eerste rapporten van het nieuwe jaar dat er aan zit te komen. Al met al is met de daling van gisteren het WASDE-rapport wel verwerkt zo lijkt het. In enkele handelsdagen zo’n 6 à 7 euro van de prijzen af in Parijs lijkt de markt genoeg te vinden. Chicago heeft deze stap echter ook gemaakt waardoor het prijsverschil tussen Chicago en Parijs nog steeds zo’n 37 euro per ton is, erg groot en meteen een remmende factor, omdat hierdoor ook op orders in Noord-Afrika de tarwe van Amerikaanse afkomst concurrerend is qua prijs, ondanks het grote afstandsverschil.
Copyright: de Vries & Westermann B.V.