Waterellende nog niet meteen ten einde
Aan de opeenvolging van hevige buien die her en der in Vlaanderen voor wateroverlast zorgen, komt voorlopig geen einde. Woensdagavond kregen Limburg, de Antwerpse Kempen en het Hageland opnieuw meer dan hun deel. Van vrijdag tot zondag komen nog meer onweersbuien opzetten vanuit het oosten. Tot half juni lijkt het er volgens het KMI op dat een zuidwestelijke luchtstroming gaat zorgen voor wisselvallig weer met … regen en buien. In grote delen van Vlaanderen kunnen de pas gezaaide en geplante akkers elke druppel water extra onderhand wel missen. Uitspraken over de omvang van de schade aan gewassen worden er nog niet gedaan. Dat zal pas duidelijk worden later dit seizoen.
Bij de noodcentrale regende het weer oproepen nadat het noorden van Limburg (o.a. Lommel, Neerpelt en Hamont-Achel) woensdagavond geteisterd werd door een zwaar onweer. In het zuiden van de provincie trok het onweer over gemeenten die eerder al hun deel kregen, onder meer Bilzen en Sint-Truiden. Ook in de Antwerpse Kempen meldden verschillende gemeenten nieuwe gevallen van wateroverlast door onweersbuien.
Het Hageland kreeg eveneens de volle laag. In de meeste gevallen ging het om ondergelopen straten, maar op sommige plaatsen drong het water ook huizen en kelders binnen. De opeenvolging van buien wordt veroorzaakt door de aanwezigheid van een lagedrukgebied gevuld met warme, onstabiele en vochtige lucht. Dat zorgt voor buien die vanuit Duitsland binnendrijven.
Het lijkt erop dat de wateroverlast nog niet voorbij is, zeker niet in het oosten van Vlaanderen waar tussen vrijdag en zondag de meeste onweersbuien verwacht worden. Donderdagnacht viel daar ook nog wat neerslag zodat in Limburg en Antwerpen de waakdrempels werden overschreden terwijl het waterpeil elders in Vlaanderen daalde. De Demer tussen Hasselt en Diest staat volgens de Vlaamse Milieumaatschappij historisch hoog. Behalve de Demer veroorzaakt in Limburg ook de Warmbeek in het Noord-Limburgse Hamont-Achel problemen en hebben de Witbeek en Bosbeek in Neeroeteren een zeer hoog peil bereikt.
In Riemst zijn vier strodammen aangelegd om hinder door nieuwe regenval te voorkomen. De gemeente heeft intussen op 26 locaties water- en modderbuffers aanliggen, goed voor een totaal opvangvolume van 160.000 kubieke meter. "De Vlaamse erosiebeleidsindicator staat op 14 procent. Dat betekent dat in Vlaanderen 14 procent van de meest nuttige erosiebestrijdingsmaatregelen gerealiseerd zijn. In Riemst staat de indicator op 40 procent”, zegt burgemeester Mark Vos.
Door de dreiging van nieuwe onweersbuien maken niet alleen de eigenaars van laag gelegen huizen zich zorgen. Ook bij vele boeren is de onrust groot omdat hun akkers er verzopen bijliggen. De precieze schade is volgens Boerenbond nog niet te becijferen omdat die pas binnen afzienbare tijd duidelijk zal worden. “De voorjaarswerken waren nog maar net achter de rug. Akkerbouw- en groenteteelten staan nog maar korte tijd in de grond. Het gaat dus om jonge planten die niet veel wortel hebben. Op heel wat plaatsen spoelt er aarde weg en verstikken de planten door water dat op het veld blijft staan”, schetst woordvoerder Anne-Marie Vangeenberghe de aard van de schade.
De komende dagen zijn cruciaal. Als er nog meer neerslag valt, dan ziet het er niet goed uit voor de percelen waar het water nu al niet meer wegtrekt. Waterschade treft alle teelten. Op aardappelpercelen is bijvoorbeeld pootgoed bloot gespoeld en zullen de aardappelen groen worden omdat er van de mooie rug grond die bij het poten getrokken wordt niet veel meer overschiet. Op hellende percelen zijn er soms diepe geulen zodat jonge maïs- en bietenplantjes onderaan het perceel verdwenen onder een laagje modder. Op vlakke percelen is de kans dan weer groter dat er ergens water blijft staan. Dat is nefast voor jonge maïs- en bietenplantjes. Verder zijn de veldwerkzaamheden nu ernstig verstoord. Het ziet er naar uit dat heel wat aardappelpercelen niet tijdig behandeld kunnen worden tegen de aardappelplaag. Op maïspercelen riskeert de onkruidbestrijding vertraging op te lopen.
In Limburg en Vlaams-Brabant veroorzaakte de combinatie van stortbuien met hellende percelen voor extra schade door erosie. De recente onweersbuien wijzen niettemin uit dat de maatregelen in het kader van erosiebestrijding bijdragen tot het vermijden of verminderen van de schade. Helemaal voorkomen dat er modder van de velden spoelde, dat lukte niet. “Als er in een half uur tijd zes volle emmers op een vierkante meter worden uitgegoten, dan kan je natuurlijk doen wat je wil maar heb je sowieso problemen”, getuigt provinciaal Boerenbond-secretaris Koen Vanheukelom over de erosieproblemen in het zuiden van Limburg.
Via ledenblad Boer&Tuinder roept de organisatie boeren en tuinders op om zo veel mogelijk bewijzen van de schade (foto’s) te verzamelen. Landbouwers dienen ook een bezoek aan te vragen van de gemeentelijke schattingscomissie en hun verzekeringsmaatschappij op de hoogte brengen. Als het noodweer erkend wordt als een ramp kunnen landbouwers een aanvraag tot schadevergoeding indienen bij het Rampenfonds. Dat er veel onrust is onder de landbouwers blijkt uit de vele telefoons die Boerenbond de afgelopen dagen ontving over wat boeren die schade leden nu precies moeten gaan doen.
De wateroverlast van de afgelopen dagen maakt voor Vlario, het kenniscentrum en overlegplatform voor de riolerings- en afvalwaterzuiveringssector in Vlaanderen, duidelijk dat er dringend werk moet worden gemaakt van regenwaterplannen. "Hemelwater- of regenwaterplannen voorzien er net in dat gemeenten weten waar ze met het regenwater naartoe moeten. Maar op dit moment beschikt bijna geen enkele gemeente over zo'n plan. Als hier niets aan verandert dan zullen de rioleringen en bergings- en infiltratievoorzieningen tweemaal zoveel overlopen", waarschuwt Wendy Francken van Vlario.
Bron: Belga / De Morgen