Weinig ruimte voor areaalgroei
Wereldwijd groeit de vraag naar (verwerkte) aardappelen. In Nederland is echter weinig ruimte om de teelt van consumptieaardappelen en pootgoed uit te breiden.
De totale verwerkingscapaciteit van consumptieaardappelen in Nederland en België stijgt tussen 2016 en 2020 met twee miljoen ton. Dat blijkt uit de recente Rabobank thema-update pootaardappelsector. Dat vraagt op termijn meer consumptieaardappelen voor verwerking, momenteel zijn dat 3,8 miljoen Nederlandse aardappelen. Groei van de teelt in Nederland is echter lastig. “De trend is juist om ruimere rotaties aan te houden om het kwaliteitsniveau van aardappelen op peil te houden”, zegt Arjan Ausma, sectorspecialist akkerbouw van Rabobank. Ook is het areaal consumptieaardappelen in ons land vanaf 2000 met 18% afgenomen. Het areaal pootaardappelen bleef met 42.000 hectare stabiel. Het totale akkerbouwareaal nam de afgelopen 15 jaar met ruim 20% af.
Consumptiegroei
Terwijl in Europa de consumptie van aardappelen stabiliseert, neemt de aardappelconsumptie buiten Europa flink toe. Dat geldt met name voor diepgevroren verwerkte aardappelproducten, waarvan een groot aandeel frites, maar ook voor chips. India en China zijn de grootste groeiers, gevolgd door Latijns-Amerika, het Midden-Oosten, Afrika en Rusland (zie tabel hieronder). “Dit is te verklaren uit een toename van een westerse leefstijl in genoemde landen”, zegt John Wiskerke, directeur grondstofinkoop van Lamb Weston/Meijer. “Consumenten krijgen steeds meer geld te besteden en fastfoodketens als McDonalds, Kentucky Fried Chicken en Burger King breiden flink uit in deze landen. Daardoor stijgt de consumptie van frites en andere verwerkte aardappelproducten, hoofdzakelijk in de buitenhuishoudelijke markt.” De vraag naar verse aardappelen neemt in Japan (-1,7%), Noord-Amerika (-0,7%) en West-Europa (-0,6%) af.
In de tabel staat de prognose van de wereldwijde groei in consumptie (volume) van aardappelproducten tot 2020. Extra afzet voor Nederlandse en Belgische aardappelverwerkende industrie ligt grotendeels buiten de EU, vooral in China en India, waar de consumptie van frites en chips de komende jaren explosief stijgt.
Frankrijk en Duitsland
De toenemende verwerkingscapaciteit in Nederland en België vraagt om extra grondstof. “Uitgaande van de huidige rotatie in Nederland, ligt areaaluitbreiding van consumptieteelt in met name Frankrijk en Duitsland het meest voor de hand”, zegt Wiskerke, die voor Nederlandse telers meer kansen ziet in teeltoptimalisatie. “Er is nog potentie in verhoging van de opbrengsten per hectare en het leveren van specifieke rassen in de juiste maatsortering voor specifieke eindproducten.”
Omdat in West-Europa de afzet van verse aardappelen daalt, vindt ook verschuiving plaats van tafelaardappelen naar fritesaardappelen. “Dat vult een deel van het extra benodigde volume in”, zegt Wiskerke, die aangeeft dat 90% van de fritesaardappelen die Nederland en België verwerkt, afkomstig is uit het gebied westelijk van de lijn Hannover, Frankfurt, Parijs en Le Havre tot aan de zee in het westen en noorden.
Han van den Hoek, Chief Agriculture Officer van McCain, ziet ruimte voor uitbreiding van het areaal consumptieaardappelen in de zandgebieden van Nederland, Wallonië in België, Noord-Frankrijk en delen van Duitsland. “Daarnaast is een deel van de extra vraag in te vullen door groei in opbrengst per hectare en door verschuiving van graan- naar aardappelteelt. Mits het rendement van de aardappelteelt aantrekkelijk genoeg is”, aldus Van den Hoek. Farm Frites pleit voor het kiezen van rassen met hogere opbrengsten. In België neemt de teelt van Fontane toe ten koste van Bintje. Dat scheelt normaliter 5 tot 10 ton per hectare.
Export van aardappelproducten buiten de EU door de West-Europese aardappelindustrie is interessant. Lokaal zijn vaak niet voldoende aardappels te telen voor verwerking, en het geïmporteerde product is concurrerend geprijsd.
Beheerste groei
NAV-bestuurder Keimpe van der Heide vindt dat het Nederlandse en Belgische aanbod van consumptieaardappelen en de verwerkingscapaciteit nu goed in evenwicht zijn. “Voor de huidige vraag is het areaal groot genoeg”, stelt Van der Heide. “Een goede prijsontwikkeling is in het belang van de telers en dat vraagt beheerst meegroeien met de toekomstige vraag. We zijn aan de grens van areaaluitbreiding, het moet vooral uit opbrengstverhoging per hectare komen. Vijf ton extra opbrengst per hectare in Nederland en België levert jaarlijks 812.000 ton extra consumptieaardappelen op voor verwerking.”
In Noordoost-Nederland krimpt het aardappelareaal eerder dan dat het toeneemt, verwacht Roelof Naber van Delphy. Vanwege problemen met het Emsland-aaltje, maar ook door een gebrek aan AM-resistente consumptieaardappelrassen, is omschakeling van zetmeel- naar consumptieaardappelteelt niet eenvoudig. “Zetmeeltelers gaan eerder meer suikerbieten telen dan consumptieaardappelen”, zegt Naber. “In deze regio zie ik ook weinig kansen voor grondruil tussen melkveehouders en akkerbouwers. Het gaat bij veehouders vooral om maispercelen, waar ze ook mest kwijt moeten. Akkerbouwers zijn daar niet zo happig op.”
De North-Western European Potato Growers schat de totale oogst van consumptieaardappelen dit jaar in de EU5 op 24,91 miljoen ton. Dat is 1,6% lager dan in 2015, ondanks een toename van 4,8% van het areaal in de EU5. Duitsland verwacht een gemiddelde oogst. Frankrijk, Nederland en Engeland verwachten minder te oogsten dan gemiddeld. De Belgen schatten een 5,8% lagere oogst in vergelijking met 2015 ondanks een uitbreiding van het areaal met 12,4%. Dat komt door weinig nagroei vanaf september.
Fabrieken buiten EU5
De extra wereldwijde vraag naar consumptieaardappelen vullen aardappelverwerkers ook in met capaciteitsuitbreiding in landen waar de vraag stijgt. Lamb Weston/Meijer participeert in een joint venture in Rusland, waar de eerste fritesfabriek in dat land in aanbouw is om lokaal geteelde consumptieaardappelen te verwerken tot circa 100.000 ton aardappelproducten per jaar. De fabriek ligt 450 kilometer ten zuiden van Moskou en gaat begin 2018 frites produceren. Toelevering vindt plaats door Russische aardappeltelers. Farm Frites heeft fritesfabrieken in Egypte, Argentinië, Noord-Polen (samen met Aviko) en bouwt in China een fabriek voor 100.000 ton eindproduct per jaar. McCain heeft een fabriek in Zuid-Polen en Frankrijk en bouwt een nieuwe fabriek in Canada.
Fors groeipotentieel pootgoedafzet
Als gevolg van de groeiende consumptie van (verwerkte) aardappelen wereldwijd, is er een grotere behoefte aan goed uitgangsmateriaal.
Rabobank becijferde dat jaarlijks wereldwijd ongeveer 413.000 ton extra pootgoed nodig is om aan de mondiale marktgroei in verse aardappels, bevroren aardappelproducten (frites) en chips te voldoen. Nederland is goed voor bijna 5% van de wereldwijde pootaardappelbehoefte van 35 miljoen ton. Bij een gelijkblijvend marktaandeel zou de groeiende vraag naar pootgoed voor ons land een extra afzet van 20 duizend ton pootgoed per jaar betekenen. Door sterke uitbreiding van de verwerkingscapaciteit in Nederland en België kan de Nederlandse afzet van pootgoed groeien naar 40.000 ton per jaar. Dat is op een totale jaarlijkse pootgoedproductie van 1,5 miljoen ton een potentiële groei van bijna 3%.
De meest kansrijke afzetgebieden zijn de thuismarkt, België, het Midden-Oosten en landen met een uitbreiding in de aardappelverwerking met weinig geschikte eigen pootaardappelteelt, zoals Zuid-Amerika en Zuidoost-Azië. Voordelen van de Nederlandse pootgoedsector zijn een goede reputatie, kwaliteit, efficiënte logistiek en een hogere uitbetalingsprijs in vergelijking met omliggende landen. Een belangrijk nadeel voor Nederland ten opzichte van andere pootgoed exporterende landen is de geringe beschikbaarheid van landbouwgrond en het zeer intensieve gebruik ervan. “Wij hebben een hogere ziektedruk, meer druk op bodemgezondheid en een hogere kostprijs ten opzichte van meer extensieve, goedkopere en afgelegen teeltgebieden in het buitenland”, zegt Ausma. “Ook groeit de concurrentie van lokaal geteeld pootgoed.”
Bron Boerderij