De FAO-index van voedingsproducten kwam in mei uit op 127,1 punten, 4,8 procent hoger dan in de voorgaande maand en maar liefst 39,7 procent hoger dan in mei 2020. Het gaat om de meest forse maandelijkse stijging van de index sinds oktober 2010. Het is ook de twaalfde maandelijkse stijging op rij van de index, die de evolutie van de internationale prijzen van een korf met basisvoedingsproducten meet. Hiermee zijn de voedselprijzen slechts 7,6 procent verwijderd van het hoogste niveau ooit.

Prijsstijging voor alle segmenten

De stijging in mei wordt verklaard door hogere prijzen voor plantaardige oliën, suiker, granen, vlees en zuivelproducten. De graanprijzen stegen in totaal met 6 procent ten opzichte van april. Deze stijging is vooral te danken aan de hoge maïsprijzen, die gemiddeld 89,9 procent hoger lagen dan een jaar eerder. Eind mei begonnen de maïsprijzen echter weer te dalen, vooral als gevolg van de verbeterde productievooruitzichten in de VS. Ook de internationale tarweprijzen vertoonden aan het eind van de maand een daling, maar lagen in mei gemiddeld 6,8 procent hoger dan in april, terwijl de internationale rijstnoteringen stabiel bleven.

De index van de prijzen voor plantaardige oliën van de FAO steeg in mei met 7,8 procent, vooral als gevolg van de stijgende noteringen voor palmolie, sojaolie en raapzaadolie. De palmolieprijzen stegen door de trage productiegroei in Zuidoost-Aziatische landen. De vooruitzichten op een robuuste wereldwijde vraag, vooral vanuit de biodieselsector, dreven dan weer de sojaprijzen op.

De suikerprijsindex steeg met 6,8 procent ten opzichte van april. Dit is grotendeels het gevolg van vertragingen bij de oogst en bezorgdheid over verminderde oogstopbrengsten in Brazilië, ’s werelds grootste suikerexporteur. De grote exportvolumes uit India konden de prijsstijging amper afzwakken.

Voor alle vleessoorten stegen de prijzen met 2,2 procent ten opzichte van april. De gestegen import van China ligt hierbij aan de grondslag, maar ook de hogere vraag naar pluimvee- en varkensvlees in de belangrijkste producerende regio’s speelt een rol.

De zuivelprijsindex steeg in de maand met 1,8 procent en lag daarmee gemiddeld 28 procent boven het niveau van een jaar geleden. De stijging was toe te schrijven aan de solide invoervraag naar melkpoeder. De boterprijzen daalden wel voor het eerst in bijna een jaar tijd als gevolg van het toegenomen aanbod uit Nieuw-Zeeland.

Recordproductie granen verwacht in 2021

In een nieuwe ‘Cereal Supply and Demand Brief’ wordt de eerste prognose van de FAO voor de wereldgraanproductie in 2021 gegeven. Die wordt nu geschat op bijna 2.821 miljoen ton, wat een nieuw record is en een stijging van 1,9 procent ten opzichte van 2020. Ook hier speelt de verwachte jaarlijkse groei van de maïsproductie met 3,7 procent een rol.

Er wordt verwacht dat het wereldgraangebruik in 2021 en 2022 met 1,7 procent zal toenemen tot 2.826 miljoen ton. Deze voorspelling wordt gedaan op basis van de groei in de wereldbevolking, terwijl er ook een hoger gebruik van tarwe voor diervoeder wordt verwacht.

De stijging van de voedselprijzen zal vooral een impact hebben op de arme landen, waar de inkomens grotendeels aan voeding gespendeerd worden.